Je moet er in de vroege lente snel bij zijn, want voor je het weet zijn ze uitgebloeid: de bloesems van het krentenboompje (Amelanchier ovalis) en de Japanse kers (Prunus sp.). Beide staan bij mij in de tuin en met een paar buren ben ik bloesems gaan plukken (met mate natuurlijk) om die te fermenteren. Deze bloesems hebben beide een lichte notensmaak en zo maak je een bijzondere frisdrank.
Noma for dummies
Het idee voor het recept komt van de kombucha’s uit Noma’s handboek voor fermenteren. Je hebt er wel wat ervaring met fermenteren voor nodig, want je moet al een gefermenteerde starter (ook: bug of SCOBY) klaar hebben staan. Houd er ook rekening mee dat de voorbereiding tijd kost: wij plukten met zijn vieren 300 gram in een uur, en zaten daarna nog een half uur steeltjes eraf te halen.
Ingrediënten
- 240 gram suiker
- 2 liter water
- 200 gram bloesems
- 200 ml starter
Bereiden
- Bij het wildplukken: pluk zo min mogelijk blad en steeltjes. Dan hoef je straks minder schoon te maken.
- Haal de steeltjes van de bloesems. Je kunt de steeltjes ook laten zitten, maar dat verandert de smaak. De knoppen kunnen erbij, maar die kunt je ook apart fermenteren zodat het kappertjes worden. Zoals mijn recept voor kappertjes van madeliefjes.
- Eerst maken we siroop. Verwarm een deel van het water (een 250 ml) in een grote pan. Doe de suiker erbij en los de suiker al roerend op.
- Als de suiker is opgelost: haal de pan van het vuur en voeg de rest van het water toe zodat het snel afkoelt tot kamertemperatuur. Doe de bloesems erbij.
- Zet de pan (of iets anders dat je kunt afsluiten) in de koelkast en laat 48 uur trekken.
- Schenk de volgende dag de bloesemsiroop door een zeef in een weckpot. Roer er 200 ml startervloeistof (bijv. waterkefir of gemberstarter) door.
- Laat het 7 tot 10 dagen fermenteren. Zeef zo nodig nog een keer en bewaar wat je niet meteen opdrinkt in de koelkast.